Aan de Nieuwe Maas

Sprakeloos uitzicht –
Maas, haven, zeeschepen onder kranen –

de late zon onverschillig daarachter,
goud licht, schaduwspel, schittering

op de trage getijdenstroom,
hier mensenwerk.

* * *

Onmondig inzicht –
het uitzicht zet ons samen voor het raam,

meer zicht laat zich niet horen -
we laten de Maas voor wat zij is,

trage getijdenstroom
of mensenwerk.

* * *

Spraakmakende nacht –
verlichte zeeschepen onder verlichte kranen

waar de overslag zich volcontinu voltrekt –
een onverlichte aak voert zijn vracht

over de donkere getijdenstroom
in alledaags werk.

Vorig gedicht ---------- Volgend gedicht